Woldragers

Herkomst:
     • Engeland, 18^e-eeuws wolschaap
Kenmerken:
     • heeft een bijna hertachtig uiterlijk
     • Ivoorwit, vlas en bruine wolkleur
Woleigenschappen:
     • glanzende, lange vezels
     • vezeldikte 24-28 mu (vrij fijn)
     • geheel vrij van kemp
Wolbewerking:
     • erg mooie wol om te spinnen
     • deze wol vilt prima

Herkomst:
     • Engels dubbeldoelras, 19^e eeuw
Kenmerken:
     • zeer markante gekromde kop
     • ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • lange vezels, glanzend
     • vezeldikte 37-40 mu (grof)
     • vrij van kemp, fraaie crimp
Wolbewerking:
     • hele mooie spinkwaliteit
     • prima te vilten woltype

Herkomst:
     • Schotland, 18^e-eeuws landras
Kenmerken:
     • stoer en primitief landras
     • de wol is bijzonder veelkleurig
Woleigenschappen:
     • middellange vezel, ruw
     • vezeldikte 32-38 mu (grof)
     • een zeer kemprijk woltype
Wolbewerking:
     • ruige wol, zeker spinbaar
     • de viltkwaliteit is redelijk

Herkomst:
     • 20^e-eeuws vleesras uit Engeland
Kenmerken:
     • populair ras voor vleeskruisingen
     • wolkleur is ivoorwit
Woleigenschappen:
     • zachte, middellange vezel
     • vezeldikte 28-37 mu (grof)
     • kempvrije wol
Wolbewerking:
     • prettige, zachte spinwol
     • ongeschikt om te vilten

Herkomst:
     • Engels easy care ras, 20^e eeuw
Kenmerken:
     • zeer vruchtbaar, relatief jong ras
     • wolkleur is licht naturel of grijs
Woleigenschappen:
     • veerkrachtige, lange vezel
     • vezeldikte 28-33 mu (vrij grof)
     • een mooie crimp en zonder kemp
Wolbewerking:
     • fijne, zachte spinkwaliteit
     • goede viltkwaliteiten

Herkomst:
     • hobbyras uit Engeland, 20^e eeuw
Kenmerken:
     • heeft een bruine kop, poten & wol
     • roodbruine wolkleur
Woleigenschappen:
     • vrij korte vezels
     • vezeldikte 29-31 mu (vrij fijn)
     • bevat kemp in geringe mate
Wolbewerking:
     • goed te spinnen woltype
     • matige kwaliteit wol om te vilten

Herkomst:
     • Frankrijk., 20^e-eeuws landras
Kenmerken:
     • karakteristieke vlek om de ogen
     • dit ras heeft alleen ivoorwitte wol
Woleigenschappen:
     • vrij grove, middellange vezels
     • vezeldikte 28-36 mu (vrij grof)
     • een kemprijk vezeltype
Wolbewerking:
     • goede spinwol, wel met prik
     • redelijk te vilten woltype

Herkomst:
     • Frankrijk, 20^e-eeuws vleesras
Kenmerken:
     • groot schaap met licht roze kop
     • ivoorwitte wolkleur
Woleigenschappen:
     • korte vezels, weinig glans
     • vezeldikte 23-27 mu (fijn/vrij fijn)
     • geheel kempvrij
Wolbewerking:
     • goed te spinnen ondanks lengte
     • ongeschikt om te vilten

Herkomst:
     • Engels vlees- & wolras, 20^e eeuw
Kenmerken:
     • Zeer zwaar en adelijk schaap
     • de wolkleur is ivoorwit
Woleigenschappen:
     • vezellengte is middellang
     • vezeldikte 25-32 (vrij fijn)
     • deze wol bevat geen kemp
Wolbewerking:
     • hele prettige spinwol
     • de viltkwaliteit is goed

Herkomst:
     • Hongaars 18^e-eeuws landras
Kenmerken:
     • Groot en gehoord zeldzaam ras
     • naturel tot vlaskleurige woltint
Woleigenschappen:
     • ronduit lange, zeer sluike vezels
     • vezeldikte 35-40 mu (grof)
     • zware vezels die kemp bevatten
Wolbewerking:
     • ondanks prik fijne spinwol
     • prachtige wol om te vilten

Herkomst:
     • Engels productieras, 20^e eeuw
Kenmerken:
     • statig ras met staande oren
     • ivoorwitte tot vlaskleurige wolkleur
Woleigenschappen:
     • vrij korte vezels
     • vezeldikte 25-28 mu (vrij fijn)
     • iets crimp, kempvrij
Wolbewerking:
     • gemakkelijk te spinnen woltype
     • dit woltype vilt goed

Herkomst:
     • eeuwenoud Duits sober landras
Kenmerken:
     • opvallend dieprode kleur
     • de wolkleur is vlas met rode haren
Woleigenschappen:
     • glanzende, lange vezels
     • vezeldikte 26-33 mu (vrij fijn)
     • warmgetinte wol, bevat kemp
Wolbewerking:
     • mooie spinwol, geeft wel prik
     • redelijk goed te vilten woltype